Het gebied rond Chiang Rai, een van de mooiste streken van Thailand, was deel van de Gouden Driehoek, een verwijzing naar het gebied waar de rivieren de Ruak en de Mekong samenvloeien en Myanmar, Laos en Thailand elkaar treffen. De Gouden Driehoek is inmiddels een synoniem voor de opiumhandel in deze regio. In het midden van de vorige eeuw werd hier de meeste opium ter wereld geproduceerd. Mede door de inzet van koning Bhumibol zijn veel boeren overgeschakeld van opiumteelt op het verbouwen van groente.
De natuurlijke schoonheid en het opium verleden lenen zich voor een prachtige dagtour. U bezoekt de Mae Sai grensmarkt tussen Thailand en Myanmar, het oude Birma. Leuk om de dagelijks gang van zaken te aanschouwen. Koopjesjagers kunnen goede zaken doen op de markt.
Veel van het oude verleden is nog te zien in Chiang Saen, de eerste hoofdstad van het Lanna Koninkrijk, feitelijk het allereerste begin van wat later Thailand zou worden. Chiang Saen was daarna honderden jaren in bezit van de Birmezen en werd een lange periode als 'ghosttown' overgeleverd aan haar lot. Vanaf het begin van de 20e eeuw werd het weer schoorvoetend bewoond door Thai.
In het Opium Museum, waar u hoort hoe de opium naar Azië kwam en hoe de opiumoorlog tussen China en Engeland verliep. In het Opiumhuis zijn attributen die nodig zijn om opium te verbouwen en gebruiken tentoongesteld. Ook zijn er getuigenissen van vroegere opiumverslaafden opgetekend.