De bergstammen van noord Thailand

Noord Thailand staat bekend om zijn interessante en kleurrijke etnische minderheden, ook wel bekend als de bergstammen. Zij zijn een belangrijk element voor het tourism in het noorden van Thailand. Als u de kans krijgt dan moet u zeker een trekking maken naar een van de talloze dorpen waar ze u hartelijk zullen ontvangen. Veel van de dorpen zijn in landelijke en arme gebieden. De economische boost dat het tourisme veroorzaakt is dus erg welkom!

Veel van de bergstammen zijn in de afgelopen 100 jaar vanuit midden/noord Azië naar het zuiden gemigreerd. Door de jaren heen hebben zij grootendeels hun traditionele cultuur weten te behouden. Dit maakt dat de bergstammen een fasinerende cultuur is om te bestuderen. De meeste stammen geven over het algemeen de voorkeur om boven de 1000m te wonen en vermijden liever de buitenwereld.

Er zijn zeven grote bergstam groepen: Karen, Lahu, Hmong, Lisu, Akha, Mien en de Padaung. Binnen deze groepen zijn nog vele subgroepen en stammen. Elke bergstam heeft zo zijn eigen gewoontes, taal, klederdracht en spirituele tradities. Binnen de subgroepen en stammen is het zelfs mogelijk dat daar ook nog onderscheid is. Bijvoorbeeld de Groene Hmong en Witte Hmong spreken in verschillende dialecten welk duidelijk van elkaar te onderscheiden zijn. Daarnaast kleden zij zich verschillend van elkaar ook al horen de Groene en de Witte allebei tot de Hmong bergstam. De bergstammen zijn dus ook het best van elkaar te onderscheiden door de unieke kleding welk zij nog dagelijks dragen.

Veel van de bergstammen die in afgelegen hooggebergtes wonen voorzien zichzelf door landbouw. Tot aan de jaren 50 werden zij grotendeels met rust gelaten totdat ze groeiden in aantalen, er toenemende armoede ontstond onder de bergstammen en ze eigenlijk staatloze individuen waren. Hierdoor heeft de regering besloten om een Nationaal Committee voor Bergstammen op te richten.

Het verbouwen van Opium was een grote bron van inkomsten voor veel bergstammen maar de regering heeft er alles aan gedaan om dit in te wisselen voor andere gewassen zoals kool en fruit. Het project was succesvol en staat bekend als het ‘Koninklijke Project’. Het was opgericht door Koning Rama IX waar hij dan ook internationaal veel lof voor heeft gekregen.

Maar zoals met veel minderheden zijn veel bergstammen tegen problemen aangelopen met het verkrijgen van het staatsburgerschap. Zoals het conformeren aan het ‘normale’ Thaise leven. Het gevolg hiervan was dat zij hun eigen identiteit, taal en gewoontes begonnen te verliezen. Ook heeft de plaatsing aan de grens met Myanmar, wat een populaire drugsroute is, voor lastige situaties gezorgd tussen de bergstammen en de Thaise regering.

Hieronder een aantal van de belangrijkste bergstammen:

Karen

Populatie: ongeveer 300.000. Origine: Myanmar.

Dit is de grootste groep van de bergstammen en veel van de Karen zijn door Christelijke zendelingen bekeerd tot het Christendom. Hoe dan ook is er nog een grote groep die het Animisme en Boeddhisme aanhangen. Bij de Karen zijn er drie grote subgroepen: Witte Karen of Sgaw, Zwarte Karen of Pgo en de Rode Karen oftewel de Kayah.

Karen tribe

 

De Karen dragen gewoven tunieken en tulbanden van verschillende natuurlijke kleuren. Single vrouwen dragen lang witte v-nek tunieken. De Karen wonen in laaggebieden en houden zich bezig met landbouw waaronder het produceren van rijst. Zij zijn ook vaardige wevers en zijn het meest mileubewust van de verschillende bergstammen. Zo doen zij aan ‘wisselbouw’ wat ervoor zorgt dat de grond vruchtbaar blijft zodat er minder bomen gekapt moeten worden.

Hmong

Populatie: ongeveer 124.000. Origine: Yunnan

De Hmong is de twee na grootste bergstam en wordt ook wel vaak de Meo genoemd. Zij zijn overwegend animistisch en staan bekend om hun ingewikkelde borduurwerk. De Hmong zijn een enorm zelfstandig en nomadisch volk. In de jaren 70 stonden zij aan de kant van de communistische rebellen in Thailand in de hoop autonomiteit te krijgen. Subgroepen van de Hmong zijn de Witte Hmong en de Groene Hmong. In Thailand zijn meer Groene Hmong dan Witte en zij staan bekend om dat de vrouwen geborduurde strakke rokken dragen. De mannen dragen los zittende zwarte broeken met felgekleurde geborduurde randen.

Hmong women

De Hmong hebben zich gevestigd in de provincie van Chiang Mai. Dorpen kunnen bezocht worden in de buurt van Doi Suthep en Doi Inthanon.

Lahu

Populatie: ongeveer 73.000. Origine: Yunnan, Myanmar

De Lahu bevolking worden ook wel de Musor genoemd. De meerderheid van de Lahu bevinden zich vlakbij de grens van Myanmar en er zijn vijf Lahu supgroepen: Rode Lahu, Gele Lahu, Zwarte Lahu, Witte Lahu en de Lahu Sheleh. Ongeveer 80% van de Lahu behoort tot de Zwarte Lahu. De vrouwen dragen zwart met rode jassen en rokken en de mannen dragen losse groene of blauwe broeken. De Lahu staan bekend om hun uitstekende jachtvaardigheden en verbouwen groenten om te overleven. Hier en daar wordt er wat opium geproduceerd om de inkomsten iets op te krikken.

Lahu

 

Akha

Populatie: ongeveer 50.000. Origine: Tibet/Myanmar

De Akha behoren tot een van de armste en slechts behandelde bergstam. De Akha heeft zich door de jaren heen altijd verzet tegen het ‘gewone’ Thaise cultuur. Misschien wel daardoor zijn zij een van de meest fasinerende en kleurrijkste bergstammen van Thailand. De Akha wonen voornamelijk in de provincie van Chiang Rai het is hierdoor wel mogelijk om ze te bezoeken. Veel van de Akha zijn bekeerd tot het Christendom waardoor volgens sommige onderzoekers hun eigen cultuur verminderd is.

Akha

De Akha hebben een unieke en rijke verbale literatuur. De Akha kwamen in het begin van de 20ste eeuw naar Thailand wat hoofdzakelijk kwam door de vervolgingen in Birma. De vrouwen dragen indigo kleurige shirts die versierd zijn met allemaal opvallende prullia zoals muntjes, kraaltjes, schelpen en veel meer. De vrouwen zijn ook opvallend vanwege de versierde hoofdtooien. Zilver is een favoriet van de Akha. Ook deze bergstam verdiend af en toe wat bij met de productie van opium.

 

 

Mien

Populatie: ongeveer 40.000. Origine: Centraal China

Ook wel bekend als de Yao, zij zijn verre verwanten van de Hmong en komen oorspronkelijk uit China. Hierdoor schrijven veel van de oudere Mien nog in het Chinees en in het gezicht zijn nog duidelijk Chinese trekken zichtbaar. Mien is de kleinste groep en leven in geisoleerde dorpen voornamelijk in en rond Chiang Rai and Nan. De Mien vrouwen zijn bekend om de lange zwarte jassen. Mien zijn ook vaardige borduurders en zilversmeden.

Mien tribe

Lisu

Populatie: ongeveer 28.000. Origine: Tibet/Yunnan

De Lisu vrouwen zijn te herkennen aan hun kleurige tunieken gedragen over lange broeken. De oudere generaties dragen nog tulbanden op hun hoofden. Lisu wonen voornamelijk in dorpen boven de 1.000m. Zij houden vee en verbouwen mais en groenten. De Lisu mannen en vrouwen worden gezien als het meest fysiek aantrekkelijke van de verschillende bergstammen. Hierdoor trouwen de Lisu ook geregeld buiten hun eigen stam.

14349941103_7a0ac1de7d_b

 

Padaung

Population: schaars. Origine: Thailand

Padaung is een subgroup van de Shan. Zij worden niet echt als een minderheid gezien omdat ze alltijd al in de gebieden van noord-west Thailand en de Stan gedeelte van Myanmar hebben gewoond. De Shan spreken een dialect wat erg op het Thais lijkt.

TBH0175-copy2De Padaung bevolking is verspreidt over provincie van Mae Hong Son. De Padaung trekt veel nieuwsgierige bezoekers aan vanwege de lang nek vrouwen. De traditie van het dragen van de koperen ringen is voornamelijk in stand gehouden voor het tourisme. Het lijkt als of de nek uitgestrekt wordt maar eigenlijk zakt de schouders en sleutelbenen in door het gewicht van de ringen hierdoor lijkt de nek langer.

 

 

 

 

 

Er zijn een aantal bergstammen die niet vaak bezocht worden door toeristische tours ook al spelen zij een belangrijke rol in het noorden van Thailand. De Lua komen oorspronkelijk uit noord Thailand. Zij spreken het zogenaamde Mon-Khmer taal, wat een groot verschil is van andere bergstammen die voornamelijk varianten van de Tibeto-Burman taal spreken. De dorpen waar zij wonen zijn een stuk meer geisoleerd in vergelijking met andere bergstammen en daarom is de kans om ze te bezoeken een stuk kleiner.

 

Heeft u weleens een bezoek gebracht aan een van deze stammen? Vertel ons hoe dat was en hoe u dat ervaren heeft.