West-Thailand verschijnt niet automatisch op het netvlies van veel reizigers. Natuurlijk, er zijn er die naar Kanchanaburi gaan of naar Hua Hin, maar wie de moeite neemt om even naar dit deel van Thailand te kijken, ontdekt niet alleen dat er verrassend veel te zien is, maar ook dat het een opvallend gevarieerd aanbod heeft, van jungle tot strand, van kleine Birmees-Thaise nederzettingen tot bijzondere grotten en watervallen. West-Thailand heeft meer te bieden dan menig ander land in z’n geheel. Een paar voorbeelden:

Thi Lo Su Waterval. In de taal van de Karen minderheid betekent het simpelweg’ de grote waterval’. Een betere naam hadden ze niet kunnen bedenken. Het is de grootste in Zuidoost-Azië, de op vijf na grootste van de wereld en zeker ook een van de mooiste. Vanaf 900 meter boven zeeniveau hoogte stort het water naar beneden (de werkelijke waterval is 200 meter diep). U kunt een verfrissende duik nemen in een van de lager gelegen terrassen van de waterval. Het hele jaar door is de omgeving van de waterval bedekt met groene mossen en varens. Naast de waterval ligt een natuurlijke warme bron. 

Bijzonder is de mystieke Phraya Nakhon Grot in Khao Sam Roi Yot National Park. Beeldvanger is het geel-groene paviljoen in de centrale open ruimte van de grot. Het staat er sinds 1890 en -alhoewel ogenschijnlijk in de vrije ruimte- kost het aardig wat klimwerk om er te komen. Een rotstrap van 430 meter leidt naar de eerste grot. Die moet je door, dan over de ‘brug van de hel’ naar de tweede grot. Daar staat het paviljoen. Alleen voor doorzetters dus (en de mensen die tijd hebben en een goede conditie).

Khao Ngu Stone Park in Ratchaburi is een park met woeste kalkstenen rotspieken, grotten met boeddhistische wandschilderingen en een flink meer. Je kunt er heerlijk wandelen of de speciaal aangelegde houten promenade. Met wat geluk zie je er apen. Mensen die wat meer uitdaging nodig hebben kunnen er rots klimmen.

De brug van Sangkhlaburi is helemaal van hout en gebouwd door de Mon, een van de Birmese minderheden die al eeuwen in dit grensgebied leven. Het is met 850 meter de langste houten brug in Thailand en de op een na langste ter wereld (de beroemde U Bein brug in Mandalay is de langste). In de ochtend hangt er vaak een mist over het water, in de avond speelt de ondergaande zon prachtig met het licht.

West-Thailand heeft ook heel veel strand! Neem Cha Am. Het heeft 7 kilometer strand, een lange boulevard, gestoffeerd met hoge pijnbomen, en met de nodige restaurantjes en winkeltjes. Aan het einde vind je een vissershaven met tal van seafood restaurantjes. Toch valt de avond niet noodzakelijk vroeg in Cha Am. Veel studenten en jonge Thai uit Bangkok zoeken in Cha Am de vrolijkheid van het weekeinde op. Dat bestaat uit bananenboten en hier en daar een strandparty.

Meer weten? Kijk op West-Thailand Informatie of op Green Wood Travel.